Welke bandendruk?

De druk van de banden is een essentieel element. Te veel of te weinig druk kan de wegligging in gevaar brengen, de slijtage van de band bevorderen en het brandstofverbruik de hoogte in jagen. Een onvoldoende opgeblazen band (hoe miniem ook) kan oververhitten en kan elk moment barsten. De slijtage van het rijvlak wordt sterker op de zijkanten en het brandstofverbruik zal hoger liggen. De flank van uw band kan zelfs verslijten indien het gebrek aan druk groot is. Omgekeerd zal het rijvlak van een te veel opgeblazen band veel sneller afsluiten in het midden. Het is veel kwetsbaarder wanneer u op een vervormde weg of over puin rijdt.

De druk die door de constructeur wordt voorgeschreven, staat aangegeven in de gebruikshandleiding van het voertuig, op de binnenkant van het luikje van de tank of op de zijkant van het portier. Deze kan variëren in functie van de belasting, de snelheid en het type band. Indien u twijfelt, vraagt u het best raad aan een specialist (garagist, bandenhandelaar enz.).

In principe moet u de druk van uw banden om de drie tot vier weken controleren.

Om de druk te meten, zijn er in de handel individuele drukmeters verkrijgbaar, maar een test heeft aangetoond dat deze zelden nauwkeurig zijn. Het is beter om de banden in een benzinestation op te (laten) blazen: een Nederlandse studie heeft aangetoond dat de drukmeters in 75% van de gevallen een aanvaardbare nauwkeurigheid vertonen.
Bij het meten en regelen van de druk van de banden mag u de volgende punten niet over het hoofd zien:

•meet de druk wanneer de band koud is;
•corrigeer nooit de druk van een warme band (een drukstijging tijdens het rijden is normaal);
•schroef de doppen van de ventielen correct vast want zij beschermen de klep tegen stof en vuil, en ze voorkomen lekken;
•vervang ontbrekende ventieldoppen onmiddellijk;
•vergeet niet om ook het reservewiel te controleren. In principe moet dit een iets hogere druk dan normaal hebben.

Bron: Test Aankoop